Ik was uitgenodigd door mijn zus om Kerstmis te vieren in hun chalet in de Ardennen, in Jupille. Nee, niet in dat dorp vernoemd naar een of ander alcoholische drank, of was het nu omgekeerd. Nee, dit dorp lag niet net naast Luik, maar lag in de provincie Luxemburg niet ver van Marche en Famenne. Probleem was dat ik niet in de auto pastte. Ik ben de trotse oom van 2 nichten en 1 neef en samen met hun ouders en de bagage zit de auto al vol. Dus beslistte ik om met de trein te komen. Hoe moeilijk kan het zijn: de IC trein naar Brussel en dan overstappen op de IC trein naar Luxemburg om uit te stappen in Marloie.
Ik stuurde mijn zus vol ongeloof een berichtje in Brussel Noord dat ik zonder problemen in Brussel ben geraakt. Geen vertraging en de volgende trein is netjes op tijd. Alles verliep goed, behalve toen in Ottignies de chiqué hun boekentassen achteloos bij mij op de bank gooiden. Ik trok me er niets van aan en keek verder naar een van de Harry Potter films op mijn tablet. Toen we terug op weg waren hoorde ik meer en meer mededelingen over de intercom. Ik zette mijn hoofdtelefoon af en hoorde de conducteur, nogal zenuwachtig omdat hij weeral niet alle info had, de situatie uit de doeken doen. Er was een persoonsongeval gebeurd tussen Namen en Ciney. De trein zou niet verder rijden dan Namen. Ik bracht mijn zus op de hoogte dat ik enkele uren vertraging zou hebben.
Ik verzamelde al mijn materiaal en stapte uit in Namen. Ik liep door het station en terwijl de NMBS nog hun infotafel moest inrichten, haalde ik een broodje bij de Panos want de lunch moest ik nu zelf verzorgen. Intussen wou mijn zus weten wanneer ik zou arriveren omdat ze een wandeling hadden gepland. Ik wist in de verste verte niet hoe de situatie zou evoluëren. Na mijn broodje op te eten in de wachtruimte, want buiten viel de regen in bakken naar beneden, vroeg ik aan de infobalie hoe de vork in de steel zat, want de volgende trein naar Luxemburg was aangekondigd op de borden. Informatieverschaffing op de trein is een drama laten we eerlijk zijn. Ik kwam te weten dat alle treinverkeer vanaf Brussel was afgeschaft. Er zou een vervangbus komen, maar die moest natuurlijk eerst nog opgevorderd worden. Ze wezen me in de richting waar die zou arriveren. Mijn zus was aan het onderhandelen, maar mij komen halen in Namen was te ver, maar ze waren wel bereid me te komen halen in Ciney, zodat ik op dat stukje trein van Ciney naar Marloie niet hoefde te wachten.
Ik ging even kijken naar de zij-ingang waar het nog steeds hevig aan het regenen was. Nu en dan kwam er wel een TEC-bus langs maar ik liet me niet vangen en bleef mooi staan in mijn rijtje aan de uitgang. Heel wat volk verliet echter wel de garage, zodat aan de vermoedelijke bushalte al een rij had gevormd. Wel rij … eerder een samenklitting. Toen er even later een moderne rode bus kwam aanrijden met het NMBS logo was ik natuurlijk eraan voor de moeite. De bus zat vol. Ik was wel even onder de indruk van de bus, schijnbaar heeft de NMBS wel budget voor vervangbussen, blijkbaar een veel voorkomend probleem concludeer ik daaruit. Toen de bus stampvol vertrok, kreeg ik te horen dat er binnen een half uurtje nog een bus zou passeren. Het regende het gelukkig minder hevig en ik hield het uit in de matige regen. Toen de bus kwam, een aftands TEC-voertuig, voelde ik van alle kanten duwkracht. Ook waren er enkele snodaards die langs zij mij probeerden voorbij te steken, ik maakte mij wat breder want met die rugzak op mijn schouders had ik geen zin om nog eens een half uur te wachten. Ik wurmde me op de bus en vond een plaatsje naast een ouder man, zonder mondmasker. Who cares… Ik plaatste mijn rugzak op mijn schoot zodat ik nog net voor mij kon kijken. De bus zat al snel vol en we reden de stad uit. Het duurde even voor we op de snelweg waren. Enkele passagiers aan bushaltes keken verbaasd op omdat de bus hen negeerden. Op de snelweg, waar een lijnbus uit zijn element is, neemt het motorgeluid enkel maar toe, ook de temperatuur op de bus was al danig gestegen. Neen echt relax kun je dat niet noemen.
Eindelijk in Ciney aangekomen kreeg ik een berichtje waar mijn schoonbroer was geparkeerd. Zette mijn bagage in de koffer en stapte in. Ik kwam terug tot mezelf en al gauw herkende ik de omgeving terug waar ik enkele jaren eerder ook al was geweest. Het was toen nog maar iets na 15u, alles bij elkaar had ik maar 2 uur vertraging opgelopen. Onderweg zag ik dat het water op enkele plaatsen buiten zijn oevers was getreden en de Ourthe kreeg nu veel meer speelruimte in de velden.
Ik vond het hilarisch dat mijn familie wel wou wandelen maar dan wel enkel de platte stukken, echt avontuurlijk kun je ze niet noemen. Na een koffietje stapten we de chalet terug uit en begonnen aan hun klassieke toertje in de omgeving. Mijn nicht die 6 jaar is en dus leert lezen zorgde voor de komische noot toen ze de betekenis van een verkeersbord uitlegde. “Moh, kun jij ook al Frans lezen?”, was mijn antwoord. Natuurlijk niet gaf haar moeder aan, maar ze kent het symbool wel na enkele jaren op vakantie te gaan. Nu ik vond het wel grappig. Intussen was mijn oudste nicht uit het oog verloren, maar we hoorden ze wel nog. Ze droeg haar smartphone bij zich en met maximum volume galmde haar Spotify-playlist door de lege straten van het dorp. Wat sarcastisch hoopte ik dat het GSM-bereik in deze afgelegen uithoek van België onvoldoende zou blijken, maar haar telefoon had geen moeite om data te ontvangen en dus ook muziek spuwen. Mijn schoonbroer vertelde me dat er ergens een pad was dat terug naar de vakantiepark leidde. Ik had mijn GPS in de aanslag en zag een wandelpaadje die zich iets verderop afsplitste van de betonbaan. Het paadje kronkelde zich rond bomen en over boomstronken en kwam uiteindelijk uit op een brede asfaltbaan. Nadien bleek dat ze altijd deze brede baan nemen. Dan heb ik toch wat avontuur in hun wandeling gebracht.
Die avond bij de feestdis kon ik dan mijn cadeau uit mijn rugzak halen, een six-pack Belgisch speciaalbier, dat ik de hele reis heb meegezeuld. Ik hield me voor om volgende keer een handdoek of zo cadeau te doen. Tot ik het cadeau zag dat ik had gekregen … een sixpack Nederlands speciaalbier, verpakt in een houten kist. Mja, het was wel zonde om de bijgeleverde koevoet te gebruiken om de verpakking te openen en ook om het uiteindelijk terug thuis te krijgen. De verpakking heb ik dan ook niet kunnen meenemen.
De volgende dag gaf mijn oudste nicht aan om met mij mee te gaan met de trein, zodat ze sneller thuis zou zijn. Ik rekende het haar voor en ik denk dat ze wel besefte dat ik hoe dan ook later thuis zou zijn dan de rest van de familie.
Ik keek op de TEC website en zag dat er een bus cirkelde rond het park die naar Marche en Famenne reed en vandaar zou ik kunnen overstappen op nog een bus die me naar het station van Melreux-Hotton bracht. De familie gaf aan dat ze me wel een lift zou geven tot het station, ik hoefde niet met mijn zware bagage twee bussen op. Dus hielp ik met opruimen en het duurde wel even tot alles en iedereen in de auto zat. Het was puzzelwerk maar uiteindelijk zijn we kunnen vertrekken. Het station Hotton was iets dichterbij dan Marloie en ligt op de lijn Luxemburg-Luik dus ik hoefde ook maar 1 keer over te stappen.
Toen ik me uit de auto kon bevrijden en nog eens zwaaide naar mijn familie keek ik op het uurrooster wanneer de volgende trein kwam. Uiteindelijk bleek dat de trein naar Luik een tiental minuten eerder was vertrokken dus wachtte ik op de trein die me naar Marloie zou brengen om vandaar het normale tracé te vervolgen. Toen ik wou uitstappen versperde een kind me de weg, door beide handgrepen te grijpen, en ik zag dat de vader geen aanstalten maakte om iets aan de situatie te veranderen. Terwijl ik met alle moeite duidelijk maakte dat ik wou uitstappen. Hij keek zelfs niet eens op… Ten einde raad duwde ik het kind wat opzij zodat ik doorkon. Ik merkte dat het kind moeite deed om zijn grip te behouden op de leuningen dat me enorm verbaasde. Toen ik de trein verliet sprak men mij aan maar ik negeerde het. Toen ik na een korte wandeling door het stationsgebouw terug tot mezelf kwam, werd ik aangesproken door een wielertoerist in het plat West-Vlaams op het perron. Hij vond het niet kunnen dat ik een kind een duw gaf, schijnbaar was het de man die me in de trein nariep. Ik verdedigde me dat ik het kind helemaal geen pijn had gedaan en alle mogelijkheden had gebruikt om verbaal duidelijk te maken dat ik erdoor wou. Nu, het betoog viel in dovemansoren. Wel merkwaardig dat net een wielertoerist mij aansprak, terwijl ik al talrijke keren van de weg ben gereden door de lycranauten die laag over de baan scheren. Ze geven mij nooit echt het gevoel van een toonbeeld van geduldigheid. Ik had geen zin in een zinloos betoog en liet de man schreeuwen.
Ik was even benieuwd toen ik Namen naderde maar deze keer bleef de trein doorrijden, al werd het terug wat drukker rond Ottignies. Deze keer waren het chiqué studenten i.p.v. scholieren maar even weinig gemanieerd. In Brussel was het terug, zoals steeds, druk. Heel velen reizen enkel van Noord naar Zuid heb ik gemerkt, zou dat te maken hebben met de poortjes in de metrostations? Voorbij Gent nog even een omweg langs Lichtervelde en we zijn terug thuis.